zondag 25 april 2010

Weer dat weer

Ik laat me elke keer weer verleiden: de weersverwachting. Altijd is er wel een of ander medium in de buurt waarop ik het meest besproken onderwerp kan volgen, uitdiepen of beschimpen. Eigenlijk beschimp ik dan niet de atmosferische gesteldheid an sich, als wel de manier waarop het gebracht wordt en niet te vergeten: de uitkomst, het resultaat.


Zo hoorde, las en zag ik gisteren dat het vandaag een mooie dag moest gaan worden. Veel zon, hoge temperaturen en weinig wind. Mijn gezin en ik voelen ons dan meteen meer aangetrokken tot elkaar en zeker tot 'het buiten bakken en eten'. Een bezigheid dewelke zich bijna uitsluitend in de warmere maanden laat doen. De barbecue of bakplaat wordt alvast opgezocht, benevens de onvermijdelijke houten spatels. Extra vlees wordt onttrokken uit de diepvrieskast en ligt bescheiden in een hoekje van de keuken, sedert de vroege morgen zijn of haar vrieswit kwijt te raken. Dit alles onder het lijdend toezien van ons immer hongerig huisdier die altijd vlees lust, of dat nu bevroren is of niet. Dat heeft onze, inmiddels onzijdige katachtige, in het verleden bewezen.


Net als men denkt de bakplaat op temperatuur te brengen, verschijnt een wolk aan het zwerk die met geen windvlaag weg te krijgen is. En een verder zicht op het grote hemelgewelf brengt ons het slechte nieuws dat de bewolking, die men voor eind van de middag voorspeld had, reeds nu bij ons is aangeland. Om niet meer te verdwijnen. Dit zal uiteindelijk leiden tot een mager neerslagje die slechts enkele minuten aanhoudt.


Ik werd enigszins boos. Dit was ons niet beloofd. Wij hadden dit niet gewild. Het was niet eerlijk. Maar bij wie kan je klagen? Zeus? Allah? Mohammed? Het KNMI? Neen, zij geven allen niet thuis. En terecht. Wat kan het KNMI hieraan doen?


Niets. En dat is gelijk het vreemde. Een groot deel van onze medelanders laat zijn dag-invulling mede bepalen door 'de berichten'. En vervolgens kan men geen aanspraak maken op deze 'glazen-bol-gluurders'. Als de voorspelling uitkomt zegt men wijselijk niets, als er niets van klopt, klopt er van de voorspellers ook niets. En geloof me: dat is echt zo, ik heb menig truttig verjaardagje opgeleukt zien worden door een verjaardagsbezoekende lotgenoot die verder niets te delen had dan zijn of haar eigen visie op meteorologie.


Waarom zijn wij zo gefascineerd door dit verschijnsel? We kunnen het niet beinvloeden, en dat is maar goed ook. Stel je toch eens voor dat dat wel kon. Een ding weet ik wel: als men niets te zeggen heeft, praat men over het weer. En dan krijgt het gesprek toch weer inhoud.


April kan doen wat hij wil, uiteindelijk hebben we toch nog buiten gegeten!